- si
- si1 [sie]〈m.〉1 als2 〈muziek〉si♦voorbeelden:1 les si et les car • het hoe en waarom〈spreekwoord〉 avec un (des) ‘si’ on mettrait Paris dans une bouteille • as is verbrande turf————————si2 [sie]〈bijwoord〉1 ja(wel) ⇒ (zeker) wel2 zo(zeer)♦voorbeelden:1 si fait • jawel, ja zeker welil n'accepte pas, moi si • hij doet het niet, ik welque si • wel zekermais si • jawel, ja hoor2 (tant et) si bien que • zó datsi peu que • hoe weinig ooksi intelligent qu' il soit, si intelligent soit-il • hoe intelligent hij ook is————————si3 [sie]〈voegwoord〉1 als ⇒ indien2 of3 (ook) al♦voorbeelden:1 si je ne me trompe • als ik mij niet vergissi on veut • zo men wilsi ce n'est • zo nietsi tant est que • als … tenminstesi ce n'est que, si ce n'était que • of het moest zijn dat2 vous pensez s'ils étaient fiers! • en of ze trots waren!demander si • vragen ofcomme si • alsof3 même si • zelfs al1. adv1) jawel2) zo(zeer)3) hoe2. conj1) als, indien2) of3) ook al
Dictionnaire français-néerlandais. 2013.